Om veel deuren op Sonnevanck te kunnen openen, heb je een elektronische sleutel nodig. In dat kleine, ronde plaatje zit een chip die leest tot welke ruimtes je toegang hebt. Er zijn, net als bij mij thuis, ook deuren die gewoon met een traditionele sleutel geopend kunnen worden. En ook die zijn eigenlijk heel vernuftig. Want de baard van de sleutel heeft uitsteeksels die precies in het slot passen en waarmee je met een simpele draai de deur kunt openen. Kort geleden zei iemand tegen me: “Ik heb diverse blogs van je gelezen. Wat heeft gemaakt dat je de sleutel hebt gevonden om een constructieve samenwerking met het zorgteam van jouw vrouw tot stand te brengen? Want dat is niet altijd vanzelfsprekend”

Ik had niet zo snel een antwoord bij de hand. Eigenlijk beschreef de optelsom van wat ik in die blogs had geschreven het beste hoe dat proces verlopen is. En ik had het gevoel dat het dezelfde soort vraag was naar hoe je de sleutel tot iemands hart vindt. Daar zijn ook 1001 manieren voor te geven en dat hangt erg van de persoon af. In die analogie zou je kunnen zeggen dat ‘de persoon’ in dit geval ‘het zorgteam’ was. Ik heb de sleutel van mijn voordeur op mijn bureau gelegd en gekeken naar hoeveel uitsteeksels er in de baard zaten en ben toen maar gaan schrijven.

 Wees kwetsbaar, want dan ben je op je sterkst.

In de beginperiode van het zorgtraject was ik erg gesloten en sprak bijna nooit over het verdriet en de zorgen die ik had. Ik loste het allemaal zelf wel op. Niet slim, want toen ik merkte dat als ik leden van het zorgteam deelgenoot maakte van mijn zorgen en verdriet een gesprek op gang kwam dat me energie gaf. Dat luchtte behoorlijk op. En het zorgteam was blij dat ze van mijn zwijgzaamheid verlost was.

Een bekend gezegde: een dag niet gelachen is een dag niet geleefd.

Van mezelf weet ik dat ik een gezond gevoel voor humor heb. Die eigenschap heb ik ook bij diverse zorgteamleden ervaren. Met een kwinkslag lastige situaties bespreekbaar maken, heeft enorm geholpen. Ja, de situatie is soms verdrietig, maar in dat verdriet schuilt ook vaak een uitdaging om humor de katalysator te laten zijn om die situatie te laten kantelen. Ik heb wel ervaren dat ik daarvoor de juiste zorgteamleden uit moest kiezen, want niet iedereen begreep waarom ik door mijn tranen heen kon lachen.

Krop niets op, laat zaken niet escaleren, maar maak ze bespreekbaar.

Misschien heb ik met de eerste contactverzorgenden van mijn vrouw ook wel een beetje geluk gehad. We konden elkaar redelijk ‘recht voor z’n raap’ vertellen hoe we over zaken dachten zonder dat dat de verhoudingen verstoorde. Integendeel zelfs. Omdat we elkaar respecteerden, niet alleen om wie we waren, maar ook om wat we waren: de zorgprofessional en de naaste die zich terdege realiseerden dat ze samen verantwoordelijk waren voor de kwaliteit van zorg en leven voor wie ze zich verantwoordelijk voelden. Kortom: blijf communiceren, blijf met elkaar in gesprek.

Wees transparant en integer.

Hanteer geen verborgen agenda. Maak duidelijk wat je verwachtingen zijn en je komt er direct achter of die waargemaakt kunnen worden. Accepteer de beperkingen of help zelf mee om die verwachtingen waar te maken. Een zorgteam is er niet alleen voor jouw partner, maar heeft rekening te houden met talloze andere wensen en verlangens. Ik heb ervaren dat wanneer je in overleg treedt met andere naasten en samen kijkt en bespreekt hoe je ook aan hun wensen tegemoet kunt komen, er een samenspel ontstaat waar alle partijen baat bij hebben. Als je andere bewoners op een integere manier als huisgenoten beschouwt, gaat er een wereld aan mogelijkheden open.

De beste manier om met veranderingen om te gaan, is ze zelf te creëren.

Ik kan me diverse gesprekken herinneren waar zorgprofessionals, onafhankelijk van elkaar, een diepe zucht slaagden wanneer ‘ze’ weer eens iets nieuws verzonnen hadden. Soms was het volstrekt onduidelijk wie die ‘ze’ nu eigenlijk waren en van welke tekentafel die verandering afkomstig was. In gesprekken heb ik zorgen over de noodzaak van de veranderingen aangehoord, maar de verandering zelf nooit ter discussie gesteld, maar vooral gekeken op welke manier je die kunt realiseren. Want soms is het helemaal niet zo erg om buiten de lijntjes te kleuren en de voorgenomen verandering vorm te geven zoals die het beste binnen het team past. Je wordt een beetje ‘partner in crime’, maar je gaat de verandering wel zelf vorm geven. Waarbij de belangen van alle partijen -inclusief die van je eigen partner- in acht genomen worden. En bovendien is buiten de lijntjes kleuren soms best heel leuk.

Alles van waarde is weerloos.

Dat is geen tekst van mij, maar van de dichter Lucebert. Het is een beetje mijn lijfspreuk geworden. Het zorgteam van mijn vrouw heeft -mede dankzij de gesprekken die ik heb gehad- ervaren hoe waardevol ze voor mij was en hoe weerloos de situatie haar gemaakt heeft. Zonder dat met die woorden te benoemen, heb ik de talenten binnen het team gevonden die de waarde van die weerloosheid op uiteenlopende wijze vorm hebben gegeven. Door, net als mijn vrouw, ook oma te zijn. Door, net als mijn vrouw, ook verpleegkundige te zijn. Door, net als mijn vrouw, ook partner te zijn.

De sleutel die op mijn bureau lag, had zes uitsteeksels in de baard. Dus meer zou ik er niet hoeven te bedenken. Maar er schoot me er nog één te binnen die dankzij de samenwerking met het team waardevol is geworden. We zijn altijd open en eerlijk geweest over het feit dat genezing niet bestond en dit mijn partner’s laatste woonplek zou zijn. Diverse teamleden maakten me -elk op hun eigen unieke wijze- duidelijk dat ik vooral ook vooruit moest blijven kijken in plaats van uitsluitend herinneringen op te halen. Ze zijn daarmee niet alleen de zorgprofessionals van mijn vrouw, maar ook van mij geworden. Hun wijze woorden heb ik ter harte genomen. Want als je steeds achterom naar het verleden blijft kijken, struikel je over de toekomst.

Rob Sudmeijer